Volgens diverse wetenschappelijke onderzoeken heeft 5 tot 7% van alle schoolgaande kinderen een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Dat wil zeggen dat er in iedere schoolklas een à twee kinderen met een TOS zitten. Dat is meer dan kinderen met de diagnose autisme of ADHD. Toch is TOS erg onbekend, ook bij onderwijsprofessionals.
De definitie van TOS
TOS staat voor problemen in het verwerven, ontvangen, verwerken en of produceren van taal, die niet vanuit een andere diagnose verklaart kan worden. Dit is de eigen definitie van TOS van Heleen Gorter, moeder van een kind met een TOS. De internationale wetenschap is het nog steeds niet eens over een eenduidige definitie.
Om bij te dragen aan de bekendheid van TOS en om inzicht te geven in de gevolgen van TOS heeft Heleen Gorter het boek ‘Vechten voor mijn kind met een TOS’ geschreven. Het vinden van ondersteuning was voor haar niet altijd makkelijk. Heleen: ‘Ik heb mij noodgedwongen verdiept in TOS, heb mijn boek geschreven, geef lezingen en webinars en ik participeer in diverse onderzoeken naar TOS. In mijn boek vertel ik over onze ervaringen met de TOS van onze zoon vanaf zijn geboorte tot eind groep 8.’
Voor haar zoon betekende TOS dat hij niet begon met praten toen hij daar de leeftijd voor had en daar was hij zeer gefrustreerd over. ‘Wij gingen met hem een traject in van onderzoek, diagnostiek, voorschoolse behandeling en begeleiding. Toen onze zoon vier jaar was sprak hij voor ons verstaanbaar twintig woordjes, wel had hij een gebarenwoordenschat van zo’n honderdvijftig woorden. Daarmee was regulier onderwijs niet mogelijk en werd hij op cluster 2 onderwijs geplaatst. Hier kwam het praten eindelijk op gang en eind groep 3 kon hij de overstap naar het reguliere onderwijs maken. Op het reguliere onderwijs heeft hij tot en met eind groep 8 ambulante begeleiding vanuit het cluster 2 gekregen.’
De taalontwikkeling van haar zoon ging door alle behandelingen met sprongen vooruit. Dat was erg mooi en maakte de overstap naar regulier onderwijs mogelijk. Tegelijkertijd werd steeds duidelijker dat hij op meer vlakken dan alleen de taalproductie problemen had. Hij had erg veel moeite om verbale instructie te begrijpen, hij had problemen met het maken van opdrachten en hij kon sociaal en emotioneel geen aansluiting vinden bij zijn klasgenoten. Met andere woorden, zijn werkgeheugen en informatieverwerkingssnelheid waren laag, hij had problemen met de executieve functies en een sociaal-emotionele ontwikkelingsachterstand. Deze problematieken worden vaak gezien bij kinderen met TOS en spelen nog steeds bij haar nu 15-jarige zoon.
Innerlijke taal
Naast dat mensen taal gebruiken om met elkaar te communiceren gebruiken wij de taal ook om met onszelf te communiceren, innerlijke taal heet dat. Deze innerlijke taal hebben wij nodig om bijvoorbeeld (abstract) te denken, te fantaseren, te plannen en ons te verplaatsen in een ander.
In de ontwikkeling van innerlijke taal zijn verschillende stadia. Eerst leert een kind praten, vervolgens vraagt het aan anderen aansturing/verwoording, bijvoorbeeld, mama zegt; ‘Daan wil drinken’, ‘Daan speelt met de pop’ of ‘Daan huilt.’ Daarna leert een kind hardop tegen zichzelf te praten, het stuurt zichzelf hardop aan en zegt deze zinnen zelf. En uiteindelijk verinnerlijkt een kind die taal, het zegt het niet meer hardop, maar in het hoofd. Deze verinnerlijking van taal verloopt bij veel kinderen met een TOS niet vlekkeloos en dat heeft gevolgen voor het functioneren van een kind. (‘Taal in het kwadraat, kinderen met TOS beter begrijpen’ van Constance Vissers, Jet Isarin, Daan Hermans en Ina Jekeli verschijnt in juni 2021)
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Daarnaast heeft een mens woorden nodig om de eigen emoties te begrijpen, emoties te reguleren en emoties van anderen te begrijpen en daar op af te stemmen. Als je het woord verdriet niet kent, hèb je geen verdriet maar bèn je verdriet. Je hebt het woord verdriet nodig om te beseffen dat je verdriet hebt, om te beseffen dat een ander jouw verdriet ziet en er iets van kan vinden, om je verdriet te reguleren, om te beseffen dat een ander verdriet heeft en om te reageren op het verdriet van een ander. Ook heb je woorden nodig om contact te maken met anderen, om sociaal te leren in de interactie met anderen en om emotionele competenties te verwerven. Ook hierin worden bij kinderen met TOS meer problemen gezien. (zie het EmoTOS onderzoek op www.kindenemotie.nl)
Wat kan een leerkracht doen om een kind met TOS te helpen?
Ondersteun instructie visueel
Zodra instructie niet meer alleen een woordenbrij is, maar de woorden opgehangen worden aan plaatjes is dit voor kinderen met een TOS beter te begrijpen en onthouden.
Herhaal instructie en opdrachten
Een tweede keer dezelfde instructie of opdracht horen geeft herkenning en vult weggevallen informatie aan.
Zet een kind aan en bespreek met het kind hoe het de opdracht kan uitvoeren
Kinderen met TOS hebben vaak problemen met het beginnen en uitvoeren van een opdracht. Een stappenplan kan dan helpen. Benoem het starten van de opdracht nog expliciet voor het kind en controleer of het voor het kind duidelijk is hoe het de opdracht uit kan voeren.
Praat met kinderen over emoties
Zeker als er iets is voorgevallen in de klas, ook als het kind met TOS er niet mee te maken heeft, praat dan over dit voorval en benoem, of liever nog, laat de kinderen zelf hun emoties daarbij benoemen. Zo leren kinderen dat andere kinderen ook hun eigen emoties hebben die heel anders kunnen zijn of misschien wel precies hetzelfde als de eigen emoties.
Meer informatie
Deze en nog veel meer tips zijn te vinden in het boek ‘Vechten voor mijn kind met een TOS’. Het boek is te bestellen op de website www.heleengorter.nl. Op deze website vind je ook meer informatie over Heleen Gorter, de onderzoeken waarin zij participeert en haar lezingen/webinars. Heleen Gorter deelt graag haar ervaringen op school, zowel op het basis- als op het voortgezet onderwijs.
Winactie
Speciaal voor lezers van PrimaOnderwijs mogen wij 2 exemplaren weggeven van het boek ‘Vechten voor mijn kind met een TOS’. Stuur een mail naar en laat weten waarom je dit boek graag zou willen winnen. Op dinsdag 20 april brengen we de winnaars per mail op de hoogte.