Schoolleiders hebben onvoldoende tijd, ruimte en geld om hun ambities op school waar te maken. Dit blijkt uit een enquête van CNV Onderwijs onder 198 schoolleiders, werkzaam in het basis- en voortgezet onderwijs en het mbo. ‘Het gaat om verdelen van schaarste’, zegt Rijk van Ommeren van CNV Schoolleiders. ‘De werkdruk van schoolleiders is te hoog’. Voorzitter Loek Schueler van CNV Onderwijs: ‘De uitkomsten laten zien dat het kabinet echt meer geld moet investeren in onderwijs.’
Onvoldoende geld
Alle schoolleiders zijn gedreven om met hun school het best mogelijke te bereiken voor iedere leerling. Tweederde van de schoolleiders geeft aan over onvoldoende financiële middelen te beschikken om hun ambities waar te maken, terwijl 89 procent zegt dat het bestuur hen wel steunt in hun ambities. 89 procent van de ondervraagden zegt voldoende in staat te zijn om talent bij leraren te zien en te coachen. 59 procent geeft aan dat zij onvoldoende ambulante tijd heeft om daadwerkelijk met onderwijsinhoud bezig te zijn.
Minder druk op team
Schoolleiders geven aan dat zij minder administratie willen en daardoor meer tijd hebben om leerkrachten te begeleiden. Maar ook dat ze een conciërge en administratieve kracht kunnen gebruiken, evenals meer financiële middelen. Een van de schoolleiders: ‘Minder druk op mijn team, zodat zij zich echt op het onderwijs kunnen richten', en een ander: ‘Meer financiële middelen voor kleinere klassen, meer handen in de klas en een conciërge.’
Zorgen
Volgens Van Ommeren en Schueler moet er duidelijk meer geld komen: 'Niet alleen de werkdruk van leraren, ook de werkdruk van schoolleiders blijkt structureel te hoog. Daar maken we ons zorgen over. De minister zou dat ook moeten doen, want uiteindelijk heeft dat ook gevolgen voor de kwaliteit van ons onderwijs.’