Lokalen uitgerust met pompjes vol desinfecterende handgel of schermen van plexiglas om de bureaus: lesgeven in deze bijzondere tijd is anders en vraagt flexibiliteit van leerkrachten in het basisonderwijs. Hoe ervaren zij deze tijd.
DOOR MARLEEN KUIJSTERS
Annemijn Rooze Leerkracht groep 1 en 2 en intern begeleidster op een school in Rotterdam
‘In mijn klas staan minder tafels. Dan hoef ik tussendoor wat minder te desinfecteren. We hebben op school andere looproutes en andere schooltijden. Als collega’s houden we afstand van elkaar. Dat levert ook wel grappige taferelen op: de één moet terug zijn of haar lokaal induiken, zodat een ander door de gang kan lopen, net een dansje.’ Risicogroep: ‘Eigenlijk werk ik als intern begeleidster. Maar de juf van de kleuters kan niet voor de klas staan. Ze valt in de risicogroep. Dus neem ik de klas tijdelijk van haar over. Ook een aantal kinderen blijft nog thuis, omdat ouders in de risicogroep vallen.’ In de kring: ‘Ik vind het fijn om fysiek voor de klas te kunnen staan, ik fiets opgewekt naar school. In de kring praten we wel eens over deze tijd. Dan vraag ik bijvoorbeeld wat ze al die tijd thuis hebben gedaan. Dan krijg ik ontwapenende antwoorden. Een meisje zei: ‘Ik heb gegeten.’ Ze gaan eigenlijk best relaxed om met de situatie en ze spelen fijn.’ Buiten les: ‘Ik neem de kinderen af en toe mee naar buiten voor een rekenles. Laatst kwam een meisje terug van de wc. Met een walm om zich heen. Was ze zelf aan de slag gegaan met een desinfecterende spray om haar handen schoon te maken. Toen heb ik nog een keer uitgelegd dat alleen ik dat doe. Maar mooi om te zien dat zij precies doorhad waarvoor die spray dient.’ Flexibiliteit: ‘In deze tijd moet je als leerkracht flexibel zijn en kunnen reageren op allerlei vragen. Is het bijvoorbeeld beter om jassen in de klas op te hangen, zodat je minder loopbewegingen hebt in de gangen?’ Video’s: ‘We bekijken hoe de leerlingen - ook van hogere klassen - de online lessen oppakken. Sommige ouders kunnen hun kinderen begeleiden, anderen niet. In de thuiswerkperiode verzorgde ik voor o.a. de kleutergroepen mede het afstandsonderwijs. Ik maakte video’s (jouwjuf.nl). Ook voor hogere klassen, bijvoorbeeld over werkwoordspelling. Die video’s blijf ik opnemen. Dat is aan de ene kant heerlijk: ik word tijdens het geven van de instructie niet afgeleid door een kind dat een gummetje heeft laten vallen. Aan de andere kant: ik krijg ook geen feedback. Ik kan niet aan de oogjes zien of de kinderen begrijpen wat ik bedoel. Ook kunnen ouders nog steeds kijken naar video’s waarin ik bijvoorbeeld uitleg hoe kinderen leren of wat het belang is van spelen en bewegen. Online is een mooie aanvulling.’
Giny Pronk Leerkracht groep 6/7/8, Mariaschool Eelde
Giny heeft de tafels in haar klas in een u-vorm gezet. Op een tafeltje staat een pompje met desinfecterende handgel en er liggen vochtige doekjes waarmee de kinderen de wc-bril kunnen afvegen. Ook maken de kinderen zelf de tafels schoon met hygiënische reinigingsdoekjes. Als zij binnenkomen en nog een keer als ze weggaan. Giny: ‘Het is wat anders lesgeven in deze tijd. Het liefste geef ik de kinderen een knuffel of een hand als zij binnenkomen. Dat gaat nu niet. Ik houd zoveel mogelijk afstand. Wel ben ik enorm blij om ze allemaal te zien. En de leerlingen vinden het fijn om naar school te gaan.’ School missen: ‘We praten af en toe over deze tijd. Wat zijn de leuke momenten, wat vinden ze spannend? In het begin vonden de leerlingen het thuis- onderwijs wel fijn. Het lekker thuis zijn. Maar na een week of twee begonnen ze school te missen: hun vriendjes, de structuur, de activiteiten. En wat indruk maakte: één van mijn leerlingen heeft het coronavirus gehad. Hij lag negen dagen lang met hoge koorts op bed. Een andere leerling mag nog niet naar school, omdat zijn moeder in de risicogroep valt. Na zo’n kringgesprek gaan de kinderen weer lekker aan de slag. De sfeer in de klas is opgewekt.’ Online thuisonderwijs: ‘Deze corona-tijd vraagt flexibiliteit van een leerkracht. Zo heb ik geleerd hoe ik online lessen kan geven: live instructies en met filmpjes. Ook via chatmomenten, zodat ik vragen kan beantwoorden. Dat vond ik in het begin wel pittig. Ik had daar nog nooit mee gewerkt. En ik werkte toen thuis: mijn eigen kinderen - een zoon van 7 en een dochter van 4 - vroegen ook aandacht. Maar ik zie er zeker de voordelen van. Via Gynzy kan ik achter de schermen meekijken: hoe hebben de kinderen de opdrachten gemaakt. Met dit leerplatform gaan we in ieder geval tot aan de zomervakantie door.’ Mooiste reactie: ‘Het allerbelangrijkste is het welbevinden van de leerlingen, daar ga ik voor. Zo zei één van mijn leerlingen laatst: ‘Ik vind het fijn om op school te zijn.’ Dat vond ik zo mooi.’
Hannah Schouwenaar Leerkracht groep 7, Erasmusschool Alkmaar
Hannah begint haar dag met een kopje thee. Haar collega’s staan netjes in een rij te wachten voor het koffiezetapparaat. Hannah: ‘We duikelen niet meer over elkaar heen of onder elkaar door om een kopje te pakken. We houden afstand van elkaar. We volgen de looprichtingen en overal staan pompjes met desinfecterende zeep. We hebben zelfs plastic schermen om onze bureaus heen. Dat vind ik eigenlijk niks: als de kinderen fluisteren, zie ik dat. Maar ik hoor niet wat ze zeggen.’
Zorgen: ‘Kinderen vinden het fijn om naar school te gaan. Ze willen steeds van me weten of ik nou al een filmpje heb gemaakt voor TikTok. We praten soms over de coronatijd. Dan vraag ik: ‘Wat vind je juist fijn aan deze tijd of ken je mensen die ziek zijn?’ Best veel kinderen zijn echt met corona in aanraking gekomen. Zo is de oma van één van mijn leerlingen er aan overleden. En zijn vader heeft op de IC gelegen. Gelukkig is hij weer thuis. De kinderen maken zich zorgen over hun opa’s en oma’s. Maar na zo’n gesprek gaan ze weer lekker aan de slag en kunnen ze hun zorgen weer loslaten.’ Flexibiliteit: ‘Deze tijd vraagt wel wat flexibiliteit van leerkrachten. Ik ben erg van het leerlingencontact en vind het prettig om fysiek voor de klas te staan. Dan kan ik beter ‘inchecken’ bij leerlingen en zien hoe het met ze gaat. Wel merk ik dat leerlingen onlinelessen ook fijn vinden. Dan kunnen ze nog gemakkelijker op hun eigen tempo werken. We werken met de methode Snappet. Op school voor rekenen en spelling. Voor thuis ook taal en begrijpend lezen. Dat blijven we in de klas doen, zodat we niet steeds boeken hoeven uit te delen. Daarnaast starten we met Zuluconnect. We verwachten dat we hiermee de leerlingen nog beter kunnen bijstaan in een soortgelijke nieuwe situatie.’