Basisschool De Regenboog in Schijndel inventariseerde waar leerlingen tegenaan lopen bij de basisvaardigheden taal en rekenen. Het lerarenteam formuleerde vervolgens zijn visie op het versterken van deze basisvaardigheden en bepaalde de benodigde aanpak om de gestelde doelen te bereiken. Een prima werkwijze, vindt SLO.
Tekst: Brigitte Bloem
De Regenboog heeft twee locaties. De ene locatie werkt in grote groepen van 40-50 leerlingen en twee leraren, aangevuld met onderwijsassistenten, de andere juist met kleine groepen van rond de 20 leerlingen. Samen met een collega staat Harriëlla Duijts voor een grote groep 8. “Zo’n omvangrijke groep vergt intensief collegiaal overleg, maar brengt ook een gedeelde verantwoordelijkheid met zich mee. Door subgroepjes te maken kunnen we flexibel inspelen op de verschillende leerbehoeftes van leerlingen. Dat komt het onderwijs in de basisvaardigheden ten goede.” In de midden- en bovenbouw wordt ook regelmatig groepsoverstijgend gewerkt. Hierdoor maken de teamleden van de Regenboog volop gebruik van elkaars expertise.
Vier pijlers
Het lerarenteam heeft zelf voor alle vakken doorlopende leerlijnen ontwikkeld, passend bij de visie van de school. Die visie rust op vier pijlers: eigenaarschap, differentiatie, krachtige leeromgeving en professionele leergemeenschap. “We maken gebruik van onderdelen uit meerdere methodes en eigen materiaal”, licht Marieke van Gorkum, leraar van groep 3, toe.
Curriculumbewustzijn
Voor leerlingen in het Nederlandse onderwijs zijn schrijven en diep lezen de grootste uitdagingen als het gaat om de basisvaardigheden taal. SLO onderzoekt wat werkt voor welke doelgroep en op welk moment. “Basisvaardigheden taal kun je versterken door het vergroten van de samenhang tussen verschillende taaldomeinen en het gebruik van rijke teksten”, legt curriculumontwikkelaar Anne-Christien Tammes van SLO uit. “Dat vraagt om curriculumbewustzijn bij leraren.”
Werk vanuit visie
De werkwijze van De Regenboog spreekt Anne-Christien erg aan. “Bepaal eerst per taaldomein hoe het gesteld is met de basisvaardigheden taal-Nederlands van je leerlingen. Bepaal vervolgens je visie en hoe je, bijvoorbeeld met behulp van diverse SLO-ondersteuningsmiddelen, te werk wilt gaan om de basisvaardigheden te versterken”, adviseert ze.
Ook voor rekenen-wiskunde is het belangrijk om vanuit een visie naar een passende aanpak toe te werken.
Geïntegreerde aanpak taaldomeinen
Een belangrijk element van het taalonderwijs op De Regenboog is close reading. Harriëlla: “Hierbij koppelen we diep lezen aan de thema’s die in zaakvakken aan bod komen. Vanuit een geïntegreerde aanpak kun je de hele schooldag door met je leerlingen aan leesbegrip werken en ze meer lees- en leerplezier geven. Door de combinatie met andere vakken creëer je een levensechte leeromgeving en wordt taalonderwijs veel betekenisvoller.”
Met begeleiding van SLO heeft De Regenboog ook haar schrijfonderwijs aangepakt. Door mee te doen aan het project ‘werken met een schrijfportfolio’ kreeg het team veel inzichten in effectief schrijfonderwijs en het volgen van de schrijfontwikkeling. “Daardoor hebben we nu helder in beeld hoe we ook voor het domein schrijven een doorlopende leerlijn kunnen ontwikkelen”, vertelt Harriëlla.
Rekenen: gerichte aanpak
Curriculumontwikkelaar Iris Verbruggen houdt zich bij SLO onder meer bezig met de basisvaardigheden rekenen-wiskunde. “Ondanks dat de meeste leerlingen het basisniveau voor rekenen-wiskunde halen, constateren we veel verschil tussen verschillende groepen leerlingen. Daarom is een gerichte aanpak nodig.”
Ze vindt dat scholen zich er bewuster van kunnen zijn dat ze op rekengebied hogere verwachtingen kunnen hebben van alle leerlingen. “Bovendien gaat het bij basisvaardigheden rekenen-wiskunde niet alleen over basisbewerkingen, maar juist om de combinatie van kennis, vaardigheden en inzichten die bijdragen aan gecijferdheid. Ook worden in onze data-intensieve samenleving vaardigheden als kritisch kwantitatief denken en rekenwiskundig probleemoplossen steeds belangrijker.”
Het algemene beeld dat leerlingen in Nederland weliswaar het basisniveau rekenen halen, maar qua gecijferdheid niet eruit halen wat erin zit, herkennen ook de leraren van De Regenboog. Marieke: “We zijn nu intensief bezig om een passende leerlijn samen te stellen voor ons rekenonderwijs. Ook formatief toetsen nemen we daarin mee. Dat sluit goed aan bij onze manier van lesgeven.”
Durven reflecteren
Sinds kort werkt het team van De Regenboog met Lesson Study, waarbij een groepje leraren een les ontwerpt. Eén leraar geeft de gezamenlijk ontwikkelde les in de groep, de anderen observeren. Daarna kijken ze samen wat voor effect het had op de leerlingen en wat beter kan. “Dit helpt bijvoorbeeld om goed te kijken naar de wijze waarop iedere leraar individueel met differentiatie omgaat”, vertelt Marieke. Harriëlla vult aan: “Als een leerling onvoldoende meekomt, doe ík iets fout. Daarom is het cruciaal om te durven
reflecteren op je eigen én elkaars werkwijze. Kijk goed naar wat elke leerling nodig heeft om zich te ontwikkelen, juist ook op het gebied van basisvaardigheden.”
Reacties