Door de coronacrisis zitten meer gezinnen thuis dan normaal. Heeft dat geleid tot meer huiselijk geweld in kwetsbare gezinnen? Het Verwey-Jonker Instituut onderzocht dat met steun van Augeo Foundation. Gezinnen die al meedoen met het grootschalige onderzoek naar ‘de effectiviteit van de aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling’ zijn hiervoor ondervraagd.
Sinds de lockdown van 16 maart hebben verschillende experts in de media hun zorgen geuit over een mogelijke toename van huiselijk geweld in kwetsbare gezinnen. De thuisblijfsituatie zou meer stress opleveren voor alle gezinsleden en tot meer geweld zal leiden. Ook door verlies van werk en inkomen en (dreigende) schulden kan de stress bij ouders hoog oplopen.
Niet meer meldingen
Uit het aantal meldingen bij bijvoorbeeld Veilig Thuis, gecertificeerde instellingen en de politie is een toename van geweld niet af te leiden. Misschien melden professionals en omstanders minder omdat zij weinig zicht hebben op gezinnen door de thuisblijfsituatie. Het kan ook zijn dat er daadwerkelijk minder huiselijk geweld plaatsvindt, doordat het coronavirus als ‘externe vijand’ de aandacht in gezinnen afleidt van de interne spanningen. Dit zijn echter speculaties.
Onderzoek naar kindermishandeling en partnergeweld
Met steun van Augeo Foundation heeft het Verwey-Jonker Instituut onderzocht of de coronacrisis heeft geleid tot meer huiselijk geweld in gezinnen waar al geweld speelt. Hieraan hebben gezinnen meegedaan die al in beeld waren bij een ander onderzoek. Namelijk een grootschalig onderzoek naar de effectiviteit van de aanpak van partnergeweld en kindermishandeling dat in 13 Veilig Thuis-regio’s loopt. Het Verwey Jonker Instituut volgt hiervoor anderhalf jaar lang zo’n 1000 gezinnen nadat zij gemeld zijn vanwege vermoedens van huiselijk geweld. De hoofdvragen van dit onderzoek zijn: lukt het om het geweld in gezinnen te stoppen en neemt het welbevinden van ouders en kinderen toe? 1200 ouders en 1500 kinderen vullen zelf een groot aantal vragenlijsten in over de mate van geweld en allerlei (gezins)problemen en klachten. “Uit de eerste meting (november 2019) weten we dat deze gezinnen zeer kwetsbaar zijn: in de meeste gezinnen is sprake van veel en ernstig geweld. In ruim de helft van de gezinnen zowel sprake van kindermishandeling als van partnergeweld. Gemiddeld doen zich in deze gezinnen per jaar 71 incidenten van geweld voor. In ruim 60% van de gezinnen spelen daarnaast ook allerlei andere problemen zoals traumatische stressklachten, hechtingsproblematiek, alcoholproblemen en armoede. Juist voor deze gezinnen is het wenselijk om na te gaan ‘Hoe veilig is het in kwetsbare gezinnen ten tijde van de coronacrisis?’”, aldus de onderzoekers.
Opzet van het corona-deelonderzoek
Voor dit deelonderzoek is een vergelijking gemaakt tussen wat gezinnen voor en na de lockdown van 16 maart op de vragenlijsten invullen. Al deze gezinnen zijn een jaar geleden gemeld vanwege vermoedens van huiselijk geweld en doen mee aan het lopende onderzoek. 159 gezinnen hebben de vragenlijsten in januari en februari 2020 ingevuld. 88 gezinnen hebben deze vragenlijsten in de eerste drie weken van de lockdown ingevuld. Daarnaast zijn extra vragen toegevoegd over de invloed van de coronacrisis op de hulpverlening. Daardoor kan er nagegaan worden welke invloed de coronamaatregelen hebben gehad op de situatie in de gezinnen en op de hulp zij kregen.
Nog steeds ernstig geweld, maar geen toename door lockdown
Uit vergelijking van beide groepen gezinnen blijkt dat er geen grote verschillen zijn in de mate waarin gezinnen geweld rapporteren. De percentages gezinnen waar ‘geen’, ‘matig’ of ‘veelvuldig of ernstig’ geweld voor en na de lockdown plaatsvindt verschillen niet significant. Wel blijkt dat in meer dan twee op de drie gezinnen een jaar na de melding nog steeds sprake is van geweld. In de helft van de gezinnen is zelfs sprake van veelvuldig of ernstig geweld. (Veelvuldig wil zeggen: meer dan 22 incidenten op jaarbasis. Ernstig: álle vormen van kindermishandeling (ongeacht frequentie) en ernstige vormen van psychisch, fysiek of seksueel partnergeweld, zoals dreigen met de dood, wapengebruik of geweld dat heeft geleid tot letsel). Hoewel het zeer zorgelijk is dat een jaar na melding nog steeds sprake is van veel en ernstig geweld, lijkt dat niet toegenomen te zijn door de lockdown.
Evenveel incidenten partnergeweld en kindermishandeling
Zowel ouders als kinderen is gevraagd naar het aantal incidenten kindermishandeling en partnergeweld. Uit de vergelijking van beide groepen gezinnen komen geen opmerkelijke verschillen: beide groepen rapporteren evenveel incidenten voor als tijdens de lockdown. Wel blijkt dat ouders iets minder partnergeweld tijdens de lockdown rapporteren. En tieners (in tegenstelling tot jongere kinderen) rapporteren iets minder incidenten kindermishandeling dan voor de lockdown, terwijl ouders juist zeggen dat er iets meer incidenten hebben plaatsgevonden.
Ouders en kinderen is gevraagd naar de mate waarin zij zich veilig voelen thuis. Het algemene gevoel van veiligheid van ouders is voor of na 16 maart gelijk. Datzelfde geldt voor de emotionele veiligheid van kinderen, dat wil zeggen dat ook kinderen zich tijdens de lockdown niet onveiliger voelen dan ervoor. Maar nog steeds veel onveiliger dan kinderen die geen geweld thuis meemaken. Opvallend is dat voor tieners de emotionele veiligheid op alle vlakken significant toeneemt tijdens de lockdown. Constructieve familierelaties nemen het meest toe, maar ook de andere gedragsreacties op geweld zijn positiever. Ook traumaklachten en alcoholgebruik zijn bij tieners lager tijdens de lockdown. Ook voor tieners geldt dat zij zich gemiddeld onveiliger voelen en meer traumaklachten hebben dan jongeren waar geen geweld speelt. Voor ouders en kinderen zijn de klachten hetzelfde voor als na 16 maart.
Specifieke vragen over de coronacrisis
Aan de vragenlijst voor ouders en kinderen is een aantal vragen specifiek over de lockdown toegevoegd. 26 ouders en 12 kinderen/jongeren hebben deze vragen ingevuld. In twee gezinnen wonen de kinderen niet meer thuis omdat zij uit huis zijn geplaatst, en in vier gezinnen gaan de kinderen nog steeds naar de opvang of school.
Meer dan de helft van de ouders vindt de situatie thuis niet veranderd sinds de lockdown van kracht is. Eén op de drie ouders vindt de gezinssituatie wel veranderd, positief dan wel negatief. De helft van de ouders die de coronavragen hebben ingevuld, zegt dat gezinsleden nu meer op elkaar aan gewezen zijn; ze leren elkaar meer vertrouwen en beter met elkaar omgaan. Drie ouders geven aan dat er juist meer spanningen in huis zijn sinds de lockdown en dat zij het lastiger vinden om de kinderen te corrigeren. Vijf ouders (20%) geven aan dat zij meer stress in het algemeen ervaren.
Van de kinderen die de coronavragen hebben ingevuld vindt de helft de situatie thuis wel veranderd sinds de coronacrisis. Ook de kinderen geven aan dat zij meer op elkaar aangewezen zijn, elkaar meer leren vertrouwen en beter met elkaar om te gaan. Vier kinderen (33%) geven aan dat er meer spanningen in huis zijn en ervaren meer stress. De ruzies met boers of zussen zijn meestal hetzelfde of toegenomen. De conflicten met (stief)ouders zijn of het hetzelfde gebleven of afgenomen. Maar één kind rapporteert dat de conflicten zijn toegenomen. Drie kinderen (25%) die de vragenlijst hebben ingevuld, gaan nog steeds (deels) naar school.
Conclusie
Een eerste conclusie is dat er in deze gezinnen - die al een jaar vanwege huiselijk geweld in beeld zijn van de instellingen - weinig veranderd is als gevolg van de coronacrisis: ook tijdens de lockdown is in ruim de helft van de gezinnen sprake van veelvuldig (meer dan 22 incidenten op jaarbasis) en ernstig geweld tegen kinderen en/of tussen partners.
Dat er weinig veranderingen te zien zijn, komt mogelijk doordat gezinnen voordat de maatregelen ingingen al veel stress ervoeren en geïsoleerd leefden. Mogelijk is daarvoor voor hen het verschil met voor de lockdown niet zo groot is als voor gezinnen waar geen huiselijk geweld speelt. Een aantal ouders ervaart wel meer stress tijdens de lockdown, maar andere ouders geven juist aan dat er meer rust is in de thuissituatie: gezinsleden leren elkaar beter kennen en meer te vertrouwen. Met name bij tieners zijn er meer positieve gezinsrelaties ontstaan, minder onveiligheid en zijn klachten afgenomen.
Hoewel uit de eerste cijfers dus blijkt dat het geweld en de problemen door de coronacrisis niet zijn toegenomen heeft het merendeel van deze gezinnen wel dringend hulp nodig.