Nederlandse leerlingen zijn onvoldoende financieel onderlegd. Ze weten niet wat ze met phishing mail moeten doen en het lezen van een salarisstrook lukt ook niet. Uit onderzoek van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) blijkt dat 19 procent van de Nederlandse leerlingen onvoldoende financieel geletterd is, aldus het Nibud. Het onderzoek werd gehouden onder 15-jarige leerlingen in 15 landen.
Geldzaken niet kunnen regelen
Dat wil zeggen dat zij op financieel gebied niet verder komen dan een factuur herkennen als factuur en het nemen van eenvoudige beslissingen tijdens het doen van aankopen (bijvoorbeeld door het vergelijken van de prijzen van dezelfde artikelen). Het Nibud is verontrust over deze uitkomsten. Door de ontoereikende kennis die leerlingen nu hebben, is er een groot risico dat zij later als volwassenen hun geldzaken niet goed kunnen regelen en bijvoorbeeld moeite zullen hebben om weloverwogen financiële beslissingen te nemen.
Nederland slechter dan Vlaanderen
Van de deelnemende landen hoort Nederland bij de vijf best presterende, maar Nederlandse leerlingen doen het slechter op het gebied van financiële geletterdheid dan leerlingen uit andere landen die net zo goed zijn in rekenen en lezen. Landen die lessen in geldzaken structureel op school aanbieden, zoals België, scoren beter dan landen waar dit niet het geval is. In Nederland is het niet structureel ingebed in het onderwijs. Wel organiseert Wijzer in geldzaken jaarlijks de Week van het geld waar scholen vrijwillig aan mee kunnen doen.
40 procent onder of op basisniveau
De OESO deed het onderzoek naar financiële geletterdheid vanuit PISA, het programma dat elke drie jaar wereldwijd de praktische kennis en vaardigheden van 15-jarige leerlingen beoordeelt. PISA hanteert vijf niveaus, bijna 20 procent van de Nederlandse leerlingen haalt het basisniveau (niveau 2) niet. Nog eens bijna 20 procent presteert niet beter dan niveau 2.
Sociaal economische achterstand
Uit het PISA-onderzoek blijkt eveneens dat de leerlingen die onvoldoende tot slecht op de hoogte zijn van financiële ins en outs, vaker in een sociaaleconomische achterstandssituatie verkeren. Ook praat deze groep minder vaak met hun ouders over geldzaken. Het Nibud onderschrijft daarom het advies in het SER-rapport ‘Opgroeien zonder armoede’ van maart jl. Dit advies luidt dat scholen een belangrijke rol zouden moeten vervullen om kinderen te leren omgaan met geld.
Twee vijfde doet het goed
Gelukkig ziet het Nibud ook dat bijna twee vijfde van de onderzochte leerlingen goed tot zeer goed heeft gescoord. Deze leerlingen verkeren veelal in een betere sociaaleconomische situatie. Zij zijn bijvoorbeeld goed in staat om een phishing mail te herkennen en daar op de juiste manier mee om te gaan. Dit resultaat zegt echter ook dat het grootste deel van de leerlingen deze mails niet herkent en niet weet hoe zij moeten handelen. Phishing mails maakten in 2016 bijna 51.000 slachtoffers.