Sinds de invoering van de nieuwe beroepsgerichte programma’s kent het vmbo beroepsgerichte keuzevakken. Met deze keuzevakken kunnen leerlingen een deel van hun programma zelf samenstellen.
Leerlingen in de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg moeten vier keuzevakken volgen, leerlingen in de gemengde leerweg twee. Landelijk zijn er ongeveer 120 beroepsgerichte keuzevakken ontwikkeld en de afgelopen jaren zijn er een tiental vakken bijgekomen die door scholen zelf ontwikkeld zijn. Cijfers over de examenkandidaten 2018 laten zien dat op twee na alle ontwikkelde keuzevakken aangeboden worden.
Richten op vervolgopleiding
Beroepsgerichte keuzevakken blijken een schot in de roos. Door deze keuzevakken kunnen leerlingen die nog niet weten wat ze willen, of die er na een profielvak achter zijn gekomen dat ze zeker niet verder willen in dat profiel, snuffelen aan andere richtingen en op basis daarvan een keus maken voor een vervolgopleiding. Leerlingen die wel weten wat ze willen kunnen hetgeen ze geleerd hebben in het profielvak, verder verdiepen en zich richten op een vervolgopleiding. Soms kan deze laatste groep leerlingen al in het vmbo starten met een deel van hun mbo-opleiding, waardoor ze vaak het mbo op een hoger niveau verlaten.
Functie LOB
De praktijk leert dat keuzevakken leerlingen motiveren. Ze kiezen zelf het vak dat ze volgen en willen daar dan ook iets goeds van maken. En als een school dan ook nog keuzes binnen de keuzevakken mogelijk maakt motiveert dat dubbel. Een van die keuzes kan zijn: je moet een kijkje nemen in de praktijk, maar je mag zelf weten of dat tijdens een stage is, een bezoek aan een vervolgopleiding of een gesprek met een beroepsbeoefenaar, als je maar niet elke keer voor dezelfde optie kiest. Een keuzevak krijgt zo ook een functie in de LOB van leerlingen, waardoor ze nog beter in staat zijn een keuze voor een vervolgopleiding te maken. En is het keuzevak niet wat je ervan had verwacht, dan duurt het maar maximaal 100 uur.
Schoolexamen
Beroepsgerichte keuzevakken worden afgesloten met een schoolexamen. Dat examen kan allerlei vormen aannemen, van een gecombineerde theorie/praktijktoets tot een proeve van bekwaamheid in de praktijk. Alles mag, als maar duidelijk voor de leerling is aan welke eisen hij moet voldoen, op welke manier het oordeel daarover tot stand komt en de toets past bij de eindtermen van een keuzevak. Beroepsgerichte keuzevakken bieden niet alleen keuzes voor leerlingen, maar ook voor scholen, met één restrictie: er moet een keuze zijn voor de leerlingen. Een school moet dus meer dan vier keuzevakken aanbieden.