Boekenwurmen kweken. Dat is de opdracht die KBS de Vonder in Borne voor zichzelf heeft gesteld. Geïnspireerd door SLO, landelijk expertisecentrum voor het curriculum, denken ze na over hoe ze hun leesonderwijs meer thematisch en integraler kunnen opzetten.
Er moet iets gebeuren met ons leesonderwijs. Dat gevoel hadden Joke Naaktgeboren (IB’er) en Marleen Abbink-Wijlens (groepsleerkracht) van KBS de Vonder (circa 600 leerlingen) al een aantal jaren. ‘We willen boekenwurmen kweken, maar we zagen dat we daarin niet slaagden.’
Het eerste wat ze aanpakten was hun schoolbibliotheek. Met hulp van Jos Walta (Open Boek) staat er inmiddels een aantrekkelijke en actuele boekencollectie met voor elke leerling wat wils. Voorlezen, van groep 1 tot en met 8, en wekelijkse boekpromotie zit inmiddels bij steeds meer teamleden tussen de oren. Verspreid door de school liggen klappers met ideeën voor leesbevordering, van een boekenbingo tot en met leesgesprekken à la Aidan Chambers. Maar ze wisten allebei: dit is nog maar het begin. Hoe nu verder?
Andere didactiek
De Vonder is exemplarisch voor veel scholen, stelt SLO-taalspecialist Joanneke Prenger. Door de alarmerende PISA-berichten - een kwart van de jongeren is onvoldoende geletterd om zich te kunnen redden in de samenleving - ontstaat er een urgentiebesef. ‘Scholen willen graag hun leesonderwijs verbeteren, maar ze zijn zoekende in hoe je dat precies aanpakt.’ Het knelpunt zit, zo blijkt uit PISA vooral bij diep lezen: reflecteren op een tekst en de inhoud kritisch evalueren en deze verbinden aan wat je al weet en aan andere teksten. Het Nederlandse leesonderwijs is daar te weinig op afgestemd, mede omdat dit geen onderdeel van de eindtoets is.
Gelukkig is er uit onderzoek al veel kennis over wat wel en niet werkt. In interactieve sessies met scholen geeft Prenger op basis daarvan tips om anders over het leesonderwijs, de doelen en de didactiek te denken. Kernwoorden daarin zijn thematisch werken, rijke teksten, een doorlopende leerlijn en integratie van alle taaldomeinen (lezen, schrijven, spreken, woordenschat).
‘We luisterden met open mond’, vertelt Abbink-Wijlens. Ze hadden zich zelf al aardig ingelezen, maar nu viel alles mooi in elkaar. ‘Joanneke zei: als je echt stappen wilt zetten, moet je integreren. Losse woordenschatlessen halen weinig uit. Dat was voor ons een trigger’, vertelt Naaktgeboren.
Goede afspraken
Gewapend met alle kennis gaan Naaktgeboren en Abbink-Wijlens er de komende jaren aan trekken. Eén voordeel is er al: de directeur en het team hebben ze mee. ‘Het zoemt al: iedereen is zich ervan bewust dat het anders moet. Nu moeten we ons er verder in bekwamen’, vertelt Naaktgeboren.
Toen het afgelopen schooljaar door corona in groep 4 de leesscores echt duikelden, heeft de school de ondersteuningssubsidie benut om na te denken hoe het leesonderwijs anders en beter kan. ‘We hebben als team afgesproken om thematisch werken echt op de kaart te zetten’, vertelt Abbink-Wijlens. ‘Niet alleen in de kleuterklas waar dat al gebeurt, maar juist ook in de midden- en bovenbouw.’ Naaktgeboren vult aan: ‘We missen ook een doorgaande lijn. Daar willen we ook goede afspraken over maken.’
De Vonderwijsmap, een naslagwerk voor alle teamleden over hoe de school onderwijs geeft, zal zich de komende jaren gaan vullen met nieuwe documenten over het leesonderwijs. Abbink-Wijlens gaat samen met een collega de opleiding voor taal-leescoördinator volgen en een stuurgroep begrijpend lezen en taal leiden. De school benut de NPO-gelden mede voor professionalisering van het team. ‘We zorgen dat het gesprek op gang blijft. Elke studiemiddag moet er iets over leesonderwijs aan de orde komen.’
Kleine stapjes
Met de keuze voor thematisch werken keert De Vonder terug naar haar wortels. Bij de start in 2007-2008 was dit al het motto. ‘We zagen dat dat veel deed voor de motivatie en betrokkenheid van leerlingen, maar het vroeg ook veel van leraren’, vertelt Naaktgeboren. Bovendien hadden ze slecht zicht op het behalen van leerdoelen. Daarom ging de school steeds meer methodisch werken.
De methode biedt houvast. Dat is een geluid dat Prenger van veel scholen hoort. Hoe ga je van de methode naar integraal en thematisch werken, vragen ze haar. De inhoudslijnen van SLO zijn een goed handvat. ‘En maak kleine stapjes’, adviseert ze. ‘Je kunt bijvoorbeeld bij leesteksten uit de methode meer context bieden door er rijke, actuele teksten over hetzelfde thema erbij te zoeken en leerlingen daar ook over te laten schrijven. Dan ben je niet meer alleen bezig met vragen beantwoorden over een methodetekst, maar werk je aan samenhangend taalonderwijs.’
Of probeer thematisch werken eens uit met een projectweek. Dat doet De Vonder ook. Een aantal weken per jaar staan de lessen van groep 1 tot en met 8 in het teken van één thema. ‘Daar worden we allemaal heel blij van. Je voelt het gewoon bruisen’, zegt Abbink-Wijlens. De komende jaren gaan ze dat dus uitbreiden. Zaakvakken combineren met taalonderwijs, lezen met schrijven, methodes met eigen lesmateriaal. ‘We gaan vanuit een stevige kennisbasis opnieuw vormgeven aan ons oude ideaal.’
Landelijk Netwerk Taal in het basisonderwijs:
www.slo.nl/vakportalen/nederlands/landelijk-netwerk/
Leerlijnen en tussendoelen Nederlands:
www.slo.nl/thema/meer/tule/nederlands/
Rijke teksten motiveren het lezen:
Leer ze lezen: praktische inzichten uit onderzoek voor leraren basisonderwijs. Gratis te downloaden:
Reacties