Het Gerrit Rietveld College (GRC) in Utrecht is blij met de steun uit het Nationaal Programma Onderwijs. Daardoor krijgen flink wat initiatieven die net waren gestart of lagen te wachten op uitvoering een extra impuls. Rector Yolanda Petermeijer en Rosa Njoo, leraar Spaans en projectcoördinator NP Onderwijs, kijken terug op de afgelopen periode en zoomen in op de verdere professionalisering van hun team.
‘De dag na de persconferentie met de aankondiging dat de scholen dicht moesten, zaten we met ons gehele team van 150 personen in de aula om te bespreken hoe we ons onderwijs door konden laten gaan’, herinnert Yolanda zich. ‘We zijn direct gaan inventariseren welke medewerkers hun ict-vaardig-heden in konden zetten om hun collega’s bij te staan. Dat ging op een heel natuurlijke manier. Iedereen bracht zijn of haar expertise in. Door meteen de handen ineen te slaan, waren we in staat om in één dag het afstandsonderwijs operationeel te maken.’ Ook werd besloten de school voor een deel van de leerlingen open te houden. ‘We zijn een brede scholengemeenschap van mavo tot en met gymnasium, inclusief Bèta Challenge en Technasium. Onze leerlingen komen uit alle wijken van de stad Utrecht, uit alle bevolkingsgroepen. We voelden aan dat voor sommige leerlingen afstandsonderwijs geen goede oplossing zou zijn’, licht Yolanda toe.
Structuur
De leraren van het GRC opperden om een soort hulplijn in het leven te roepen. ‘Dat werd al snel ‘De Gerry & Gerrit’, lacht Rosa. ‘Een online vraagbaak , waar onze leraren al hun vragen en problemen over afstandsonderwijs aan elkaar voor konden leggen en ook direct een antwoord aangereikt kregen’, legt ze uit. ‘Daarnaast zijn we meteen van start gegaan met online intervisiemomenten om te peilen waar het leraren nog aan ontbrak. Ook hebben we langere virtuele bijeenkomsten georganiseerd, bijvoorbeeld over digitaal toetsen. Zo konden we snel een goede structuur neerzetten met duidelijkheid voor de leraren.’ Ondanks de moeilijke tijd vindt Yolanda het mooi en bijzonder om te zien hoe het team zich er daadkrachtig en in gezamenlijkheid doorheen slaat. ‘Er is het team alles aan gelegen om onze leerlingen goed onderwijs te blijven bieden’, zegt ze trots. In het begin van de eerste lockdown had ook het GRC te maken met leerlingen die van de radar waren verdwenen. ‘Daar hebben vooral onze mentoren gelijk actie op ondernomen. We hadden met hen de afspraak gemaakt dat ze met alle leerlingen van hun mentorklas heel regelmatig contact zouden zoeken.’, vertelt Yolanda. Mede door de diversiteit van de schoolpopulatie beschikt de school over een pedagogisch sterk team, merkte ze ook toen weer. ‘Naast de aandacht voor de cognitieve aspecten was er dan ook tegelijkertijd oog voor mogelijke sociaal-emotionele problemen bij leerlingen.’
Onderwijs duurzaam verbeteren
Toen de strekking van het subsidieprogramma NP Onderwijs bekend was, maakte het GRC vanuit drie stuurgroepen - Executieve functies, Effectief onderwijs (gericht op het wegwerken van achterstanden) en Sociaal-emotioneel welbevinden - met daarin leraren, afdelingsleiders en zorgcoördinatoren, een analyse van de stand van zaken. ‘Vervolgens’, legt Rosa uit, ‘hebben we plannen gemaakt. Hierbij keken we met name naar welke goede plannen al lagen te wachten op uitvoering of net voor corona al van start waren gegaan. Pas daarna keken we welke plannen in de menukaart van OCW pasten.’ Yolanda vult aan: ‘Met de steun van NP Onderwijs kan onze school voor zowel leerlingen als leraren extra activiteiten organiseren en faciliteiten bieden, waardoor we een aantal van onze plannen een flinke impuls kunnen geven en versneld en grootschaliger kunnen uitvoeren. Daar zijn we heel blij mee. Bij alle projecten vinden we het belangrijk dat ze ons onderwijs duurzaam verbeteren. Wat daarbij enorm helpt is dat we goed in beeld hebben waar de kwaliteiten van onze leraren en assistenten liggen. Ons team leert van en met elkaar. Door de taken goed te verdelen kun je ieders expertise optimaal gebruiken.’
Meer handen in de klas
In het kader van ‘meer handen in de klas’ heeft de school met de NP Onderwijs-gelden extra onderwijsassistenten ingezet. Ook verzorgen gepensioneerde leraren en stagiaires, als bijbaan, instructie in kleinere groepen en bieden ze begeleiding op maat. In april 2021, dus voordat de middelen uit het NP Onderwijs beschikbaar kwamen, kregen leraren overigens al de kans hun aanstelling uit te breiden en is de school nieuwe leraren gaan werven. ‘We voorzagen dat we iedereen na de zomervakantie hard nodig zouden hebben’, vertelt Yolanda. ‘Daarom ben ik al vroeg gaan vissen uit de lerarenvijver en hadden we gelukkig weinig last van de krapte op de arbeidsmarkt.’ Ook de vaksecties kregen de gelegenheid om met goede plannen te komen. Zo is de wiskunde sectie gestart met een wiskunde café, scheikunde en Engels vervolgens ook. Leerlingen kunnen daar terecht als ze de stof niet snappen.
Ook het Leesmaatjesproject, dat op de plank lag, kan met geld uit het Nationaal Programma Onderwijs uitgevoerd worden. In plaats van hun baantje bij de supermarkt of in het kader van hun maatschappelijke stage helpen bovenbouwleerlingen leerlingen van de onderbouw met begrijpend lezen en taalbegrip. ‘Minstens zo belangrijk vinden we het welbevinden van onze leerlingen’, zegt Rosa. ‘Aan het eind van het eerste corona-schooljaar bleek dat er veel achterstand was op sociaal gebied. Daarom hebben we bij de start van het nieuwe schooljaar voor onze leerlingen allereerst ingezet op groepsvorming via allerlei sportieve activiteiten en gezellige evenementen. Dat werd erg gewaardeerd en heeft goed uitgepakt!’
Dit artikel is verschenen in PrimaOnderwijs nr.3 'Een leven lang leren'.