Wanneer heeft reflectie meerwaarde? Sander Berendsen is innovatiedocent aan het Graafschap College en lerarenopleider aan de HAN. Hij ontwikkelde de methodiek ‘Leren van verhalen’ die studenten vrijer laat en beter werkt. Boris van Ast was student op het Graafschap College en heeft de methodiek van Sander kunnen ervaren.
Berendsen twijfelde aan de gebruikelijke manier van reflecteren. Hij zag dat veel studenten reflectiemoe waren. “Sommigen van hen moesten binnen een lesperiode van tien weken maar liefst twaalf reflectieverslagen inleveren! Ja, dan zie je dat studenten het van elkaar kopiëren. Wat nog erger was: de ene student kreeg een 6, terwijl een ander met vrijwel hetzelfde verslag een 9 kreeg. ‘Wat is het doel?’, vroegen de studenten zich af.”
Hij ziet binnen de reflectie in het kader van loopbaanoriëntatie, -ontwikkeling en -begeleiding, twee uitersten. “Aan de ene kant van het spectrum is reflectie beperkt tot een uurtje per week: vooral instrumenteel, fragmentarisch en resultaatgericht. Aan de andere kant, vooral bij sociale opleidingen, gaat het over vragen als: ‘Wat vóel je? Wat dóet
het met jou?’. Studenten kunnen dan gaan piekeren, omdat ze helemaal nog geen handen en voeten kunnen geven aan reflectie.”
Luisteraars, vertellers en vragenstellers
“Vanuit mijn optiek is reflectie ten eerste een intrinsiek proces met de student als eigenaar”, zegt Berendsen. “En wederkerig: de ene keer ben jij de leraar, de volgende keer de student.” Dat is een gevoelig punt, beseft hij. Deze manier van denken en werken vraagt een andere rol van de docent en het management. “Het vraagt om luisteraars, vertellers en vragenstellers, niet louter om kennisoverdracht. Overigens pleit ik er niet voor om het onderwijs volledig op de schop te nemen, kennisoverdracht blijft nodig. De methodiek ‘Leren van verhalen’ start bij het verhaal van de lerende. Je moet de tijd nemen en maken. Dat was ook het geval bij Boris.” Boris van Ast begon tijdens de opleiding commercieel medewerker niveau 3 met ondernemen. Hij had al verschillende bedrijfjes toen hij in zijn laatste jaar Berendsen ontmoette. “We zagen elkaar elke twee weken. Voor mij waren die gesprekken erg waardevol. En ook anders dan reflectie-gesprekken die ik daarvoor had: die voelden als een invuloefening, terwijl Sander vroeg naar wat mij interesseerde, naar wat ik wilde bereiken en wat mij energie gaf.”
Van Ast had een duidelijke leervraag, hij wilde duurzame telefoonhoesjes gaan produceren. “Sander heeft me daarbij op twee manieren geholpen. Ten eerste door mijn gedachten te scherpen tijdens de gesprekken. Wat wil en moet ik weten? Daarmee kwam ik weer een stap verder. En vervolgens door mij te koppelen aan de Smart Hub Incubator Industrie Achterhoek. Daardoor ben ik met veel mensen in contact gekomen van wie ik veel kan leren.”
Leren van unieke en persoonlijke (praktijk)ervaringen “Het mooie van Boris”, zegt Berendsen, “is dat hij zijn eigen leraren zoekt op basis van wat hij nodig heeft. Dat is natuurlijk het omgekeerde van ons onderwijssysteem. Hij is een voorbeeld van hoe ik reflectie en loopbaanoriëntatie voor me zie. Visueel ziet het eruit als een lemniscaat (zie figuur). Aan de linkerkant heb je de ervaringen en inzichten van een student. Vervolgens reflecteer je hierop en ga je naar de rechterkant. Je zet je ervaringen om in een plan, keuze, actie of leervraag.”
“Je kunt ook aan de cognitieve kant van het lemniscaat instappen”, vervolgt Berendsen, “door informatie te verzamelen of een plan te maken. Deze verwerk je dan in een praktijkervaring.” Van Ast herkent zich volledig in wat Berendsen vertelt. “Ik heb een ervaring en dat zet me aan het denken: ‘wat heb ik hier van geleerd en wat kan ik ermee?’. Ik ben heel praktisch en nieuwsgierig en ik stel vragen. Zo leer ik van andere mensen. En zij van mij. Dat vond ik een mooi inzicht van de gesprekken met Sander: de ene keer
is hij de docent, de andere keer ben ik dat. Het gaat erom dat je van elkaar leert, ongeacht je leeftijd of ervaring.”
LOB is je eigen verhaal vertellen
Berendsen is voorstander om het harde format van een reflectieverslag los te laten. “Laat studenten zelf een vorm kiezen. Studenten Pedagogisch Werk en Onderwijs kozen vaak voor een Albelliboek met foto’s van voor hen betekenisvolle ervaringen. Bij technische opleidingen werkt een gesprek voor, tijdens of na het maken van een product beter.
Bij LOB gaat het erom te ontdekken waar je zelf blij van wordt en hoe je dát kunt verbinden met actuele beroepen en maatschappelijke vraagstukken.”
Berendsen heeft Van Ast geïnspireerd om zijn kennis en ervaring met mbo-studenten te delen. “Wat ik hen meegeef? Ik laat hen kennismaken met ondernemen, maar misschien het belangrijkste dat ze zelf initiatief moeten nemen. In de lessen en in de stages. Koppel wat je leuk vindt en waar je goed in bent aan waar een stagebedrijf behoefte aan heeft. Op die manier kom je dichter bij je talenten en leerdoelen. En kun je je eigen toekomst bepalen.”
Meer informatie
Wil je meer weten over loopbaanreflectie en LOB, kijk op expertisepuntlob.nl.